Lelijke kerstverhalen (1)

18 december 2019

Elke keer dat ik denk dat we een monster hebben gecreëerd dat ‘de overheid’ heet, is er 1 teveel. Het heeft in die lelijke verschijning tentakels tot alle hoeken in het sociaal domein. Het gaat uit van wantrouwen, van controle en telkens meer in plaats van minder regels. Met de kerst voor de deur vraag ik de komende dagen aandacht voor de verhalen van mensen in nood. Mensen die ons, en mij in het bijzonder als raadslid, een spiegel voorhouden. Wat zien we dan?

Lelijke overheid: is Marianne een fraudeur?
Wat te denken van de gepensioneerde Marianne, die de gemeente onlangs na een lange strijd laat weten te zwichten voor de openstaande rekening. “Ik voel me door de bedreigingen van beslaglegging daartoe gedwongen”, aldus Marianne.
Ze is teleurgesteld over de wijze waarop ze als burger is behandeld. “De gemeente behandelt mij als een fraudeur die straf verdient en met bedreiging van deurwaarder en beslaglegging afdwingt om te betalen.”
Marianne is verbitterd. “Mijn ernstig gehandicapte zoon heb ik zelf altijd verzorgd en begeleid en dat niet uitbesteed aan een zorgorganisatie. Ik heb mijn persoonlijke maatschappelijke carrière daarvoor opgegeven. Ja, zoals de ambtenaar opmerkte, is dat mijn eigen keuze geweest. Ik heb daarmee wel de samenleving een veelvoud van tonnen euro’s bespaard.”
De tragiek gaat verder: “Ik heb in de afgelopen jaren altijd met financiële tekorten moeten leven en me gedwongen gevoeld om bij mijn andere zoon in huis te gaan wonen. Daarvoor ben ik ook gestraft omdat dat beschouwd werd als ’voordeurdeler’ en werd ik op een onsympathieke wijze gekort op mijn IOAW-uitkering. Voor mijn zelfstandig bestaan kreeg ik nog € 528 per maand.”
De echte ellende start met de kleine pensioenuitkering van haar ex. “We zijn vele jaren geleden gescheiden en hij heeft nooit meer omgezien naar zijn gehandicapte zoon. Dat ik de uitkering ontving heb ik niet opgemerkt omdat, achteraf gezien, daardoor het maandelijkse tekort net iets minder werd.”
De gemeente en het UWV wisten van de uitkering, maar ze hebben niet geanticipeerd. Totdat ze opeens ingrepen met een boete. “Na een gesprek hierover twee jaar geleden is beslist dat de terugvordering wordt opgeschort totdat ik mijn AOW ontvang. De boete werd ook ingetrokken. Nu het zover is lijdt iedereen aan geheugenverlies en word ik hard aangepakt als een fraudeur.”
Marianne gaat met het volgende perspectief de oude dag in: “Ik word nu gedwongen tot een leven in armoede. ” Ze laat de gemeente tenslotte weten: “En om in uw woorden te spreken: ’het zijn nu eenmaal de regels en procedures’. Dank u wel voor uw begrip, ik voel me tekort gedaan en teleurgesteld in een overheid waarvan ik nu moet zeggen: dit is niet mijn overheid.”
Nota bene: Ik ga deze kwestie op het bord leggen van de wethouder(s). In alles wat je als overheid doet moet het samenlevingsperspectief centraal staan. Zodat mensen zich verbonden voelen met de samenleving en met elkaar.